Inclusie en praktijkonderwijs

28-06-2024

In de vorige infoflits zijn er een aantal artikelen gedeeld rondom inclusie. Het beleidskader inclusief onderwijs van OCW zat bij deze stukken en de vorige week gepubliceerde beleidsregen ‘inclusieve leeromgeving’ is gedeeld. Deze week blikken we kort terug op het debat passend onderwijs wat gehouden werd op 29 mei.

In het debat was veel aandacht voor verzuim en het terugdringen hiervan. In de media was er voorafgaand aan het debat ook veel aandacht voor het aantal thuiszitters en de wachtlijsten in het gespecialiseerd onderwijs. Ook op dit thema werd gevraagd voor structurele bekostiging van initiatieven in plaats van het toepassen van vele subsidies. Ook de toename van niet bekostigde initiatieven voor thuiszitters werd zorgelijk genoemd. Men was in het debat kritisch op de voortgang van passend onderwijs en vindt dat hier meer sturing op moet komen.

Financiële impact

Wat betreft inclusie was er draagvlak voor de gedacht achter inclusie. De visie op inclusie zoals in het beleidsstuk omschreven werd gedeeld. Wel zijn er ook grote zorgen geuit. De voorwaarden om tot inclusie te komen staan onder druk. Er is een groot lerarentekort en er zijn te beperkt middelen om nu grote stappen richting inclusie te zetten. Ook was de stemming dat eerst passend onderwijs verder moet zijn voordat er aan inclusie gedacht kan worden. De minister heeft toegezegd de financiële impact van inclusief onderwijs inzichtelijk te gaan maken.

Het standpunt van de sectorraad praktijkonderwijs zoals in de strategische visie staat omschreven is nog steeds actueel:

Individuele ontwikkelplannen

De Sectorraad is van mening dat praktijkonderwijs al een inclusieve vorm van onderwijs is. Praktijkonderwijs staat midden in de maatschappij en werkt veel samen met partners als de gemeente, de wijk en jeugdzorg. Verder komt de manier van werken binnen het praktijkonderwijs overeen met hoe in de werkagenda wordt gekeken naar inclusief werken en denken, zoals het bieden van maatwerkprogramma’s, kijken naar wat een leerling wel kan en het maken van individuele ontwikkelplannen.

Binnen het systeem van het praktijkonderwijs wordt echter tegen grenzen aangelopen zodra het gedrag zodanig is dat de veiligheid van de betreffende leerling, de klas of de medewerkers in het geding komt. Een vorm van speciaal onderwijs zal dan ook altijd nodig blijven.

De Sectorraad wil graag meedenken en zijn expertise delen met betrekking tot inclusief onderwijs. De Sectorraad stelt zich echter niet op als koploper in dit proces. De Sectorraad volgt de discussie echter nauwlettend om ervoor te zorgen dat de belangen van de pro-leerlingen in de discussie over inclusief onderwijs zodanig zijn geborgd dat deze leerlingen ook inde toekomst kunnen rekenen op een goede passende vorm van onderwijs.

We zijn dan ook blij dat in het huidige beleidskader is opgenomen dat er ondanks het streven naar inclusief onderwijs altijd een doelgroep zal zijn die een vorm van gespecialiseerd onderwijs nodig zal hebben.